Een verwoeste Duitse tank bij de opgeblazen spoorbrug bij Oosterbeek.

Slag om Arnhem geschiedvervalsing? Nee dus

in Algemeen

Er wordt nogal wat onzin beweerd over de Slag om Arnhem. Om dat tegen te gaan, is deze website opgezet. Met het bieden van feitelijke en accurate informatie voorkom je de verspreiding van onzin-verhalen. Maar niet helemaal. De website Historiek.net bijvoorbeeld plaatste het verhaal “Slag om Arnhem, een (on)bewuste geschiedvervalsing” waarin feiten worden afgewisseld met onzin om de titel van het verhaal te bewijzen. De onzin is eenvoudig te weerleggen.

Vooropgesteld: veel van de zaken die in het artikel op Historiek.net worden verteld, kloppen. Schrijver Jan Brouwer heeft bijvoorbeeld absoluut gelijk dat door het boek en de film ‘A Bridge Too Far’ een gemythologiseerd verhaal verteld wordt. Maar het is de dertig procent in het verhaal die niet klopt, die het artikel een vervelende en onjuiste wending geven.

Het begint al in de inleiding: ” Britse en Nederlandse auteurs, vooral militairen en journalisten, schreven meestal over Battle of Arnhem of Battle at Arnhem (strijd bij of in Arnhem). Nederlanders hebben dit abusievelijk vertaald naar ‘Slag om Arnhem’.”

Vergeet het maar met je ‘abusievelijke vertaling’! We hebben het in Nederland ook over Slag om Caen, Slag om Bastenaken en Slag om Koersk. Die werden evenmin in Caen, Bastogne of Koersk gevochten.

In het artikel op Historiek.net worden veel onderdelen van de Slag om Arnhem op deze manier doorlopend in twijfel getrokken.
“De wijdverbreide vervalsing in de voorstelling van die operatie wordt vooral in Arnhem en Oosterbeek in stand gehouden”, wordt gesteld. “De mythen ‘slag om Arnhem’; ‘(heroïsche) slag om de Rijnbrug’; en ‘dé brug waarom het in september 1944 allemaal draaide’ zijn voorbeelden van deze geschiedvervalsing. Tot een slag om de stad of brug met een zwaarbewapende tegenstander waren lichtbewapende luchtlandingstroepen overigens niet in staat.”

Laat duidelijk zijn: de Slag om Arnhem is geen mythe. Er ís heroisch gevochten bij de Rijnbrug. Het drááide om het veroveren van de bruggen over de Rijn bij Arnhem. Bij die gevechten kwamen in Arnhem en omgeving ongeveer 4.000 mensen om het leven. 1.300 Britten, 1.700 Duitsers, 100 Polen en 900 Nederlandse burgers. Dat de Britten in staat waren slag te leveren met de Duitsers wordt mede bewezen door het feit dat er meer Duitsers dan Britten stierven.

Afijn. Het artikel gaat vrolijk verder met meer beweringen die niet kloppen:

“De voorgenomen landing van een Britse brigade in Elst was 14 september 1944 geschrapt door een tekort aan vliegtuigen.”
Onjuist. Er is nooit sprake van geweest dat de Britten in Elst zouden landen. Door een tekort aan vliegtuigen is wel een luchtlanding tussen Elden en Driel op 17 september 1944 geschrapt.

Wat volgt is een heel rijtje aan ‘mythen’ die we maar even overslaan. Tot de bewering: “De lichtbewapende Britten bij de noordelijke brugoprit moesten zich verdedigen tegen een overmacht van Duitse troepen met zware wapens.”

Dat is onzin. De sterkste pantsereenheid die de Duitsers op 17 en 18 september 1944 in Arnhem en omgeving hadden, was de mobiele pantsereenheid van de 9e SS Pantserdivisie. De hele eenheid werd op de Rijnbrug vernietigd door de Britten.

Wat wel zo is, is dat er een overmacht aan Duitse troepen rond de brug lag. Compleet met tanks, waarvan overigens ook een groot aantal vernietigd werd. De Britse verdediging bij de brug had de beschikking over 5 anti-tankkanonnen. Dus ‘lichtbewapend’? Neuh…

Brouwer benadrukt in zijn stuk meermalen dat de brug(gen) bij Arnhem niet het hoofddoel waren van de Britten. Dat klopt. Doel was een bruggenhoofd in Arnhem te vormen aan de noordkant van de Rijn. Maar Brouwer gaat de mist in als hij stelt dat luchtlandingstroepen “de opmarsroute en bruggen over rivieren en kanalen tot en met de Waal bij Nijmegen” moesten veiligstellen. Arnhem hoort daar vanzelfsprekend ook bij.

Je kunt je vraagtekens zetten bij een bewering als “De Britse Luchtlandingsdivisie was al binnen een dag uit elkaar gevallen”. Want op 17 september 1944 landde slechts de helft van de Britse airbornes. Het beeld van een divisie die uit elkaar is gevallen kan ontstaan doordat de troepen op 17 september waren verspreid over een groot gebied, dat zich uitstrekte van de Ginkelse Heide tot aan de Rijnbrug.

Nog meer onzin: “Die dag keerde ook de onbekwame Urquhart terug naar zijn hoofdkwartier. Hij was 39 uur gescheiden geweest van zijn troepen.”

De kwalificatie ‘onbekwaam’ laten we voor rekening van de auteur, maar 39 uur gescheiden van zijn troepen? Nope. Omdat de Britse radio’s het niet deden en Urquhart geen overzicht had, sprong hij op 17 september om 16.30 uur in een jeep om polshoogte te nemen. Hij sloot zich aan bij het 3e Bataljon. Op maandag 18 september rond 12 uur kwam Urquhart met het 3e bataljon in Lombok midden tussen de gevechten terecht. Noodgedwongen moest hij zich verstoppen op een zolder aan de Zwarteweg. Bij een nieuwe Britse aanval op de brug in de vroege ochtend van 19 september kon Urquhart de zolder verlaten en terug naar het hoofdkwartier.

Hij was 30 uur weggeweest van het hoofdkwartier, waarvan hij 19 uur gescheiden was van zijn troepen.

“Volledig mislukt”
Omdat de Britten zich op dinsdag 19 september moesten terugtrekken in een verdedigende perimeter in Oosterbeek, concludeert Jan Brouwer dat de luchtlandingsoperatie op dat moment “volledig mislukt” was.

Rare bewering. De Britten onder leiding van John Frost hadden op dat moment de noordkant van de Rijnbrug nog in handen. Bovendien was de perimeter in Oosterbeek een bruggenhoofd aan de noordkant van de Rijn. Tot en met 25 september werd door de geallieerden overwogen om hier door te vechten en versterkingen over de Rijn aan te voeren om operatie Market Garden tot een succes te brengen.
Dit is ook waar de Duitsers vanuit gingen. Na de oorlog lieten Duitse commandanten weten dat ze stomverbaasd waren dat de geallieerden het erbij hadden laten zitten.

Overigens zit Brouwer er ook naast als hij zegt dat de Britten op dat moment geen toegang hadden tot het Drielse Veer. De Westerbouwing en de noordelijke afrit van het Drielse Veer kwamen pas op donderdag 21 september in Duitse handen.

“Een causaal verband tussen de 21 september mislukte operatie Market Garden en de gedwongen evacuatie van Arnhem van 23 tot 25 september is ook een mythe”, beweert Jan Brouwer.

Volstrekt onjuist. De Duitse opperbevelhebber Walter Model ging er van uit dat de Slag om Arnhem nog lang niet voorbij was. Om die reden en geen enkele andere reden vond de evacuatie plaats. Bewijs hiervoor is bijvoorbeeld het feit dat Arnhem Zuid al op 21 september gedwongen geevacueerd werd, nadat de Duitsers de Rijnbrug weer in handen hadden.

Bevrijding van Arnhem
“Een mythe is ook een ‘tweede verwoestende slag om Arnhem’ van 12 tot 14 april 1945”, sluit het artikel af. “Circa duizend oudere mannen van de 346ste infanteriedivisie verdedigden de stad. Sommigen hielden in de ENKA-fabriek een dag stand. Tot een slag om de stad kwam het niet, laat staan tot een verwoestende slag.”

De feiten zijn anders dan Brouwer beweert.
Op de eerste plaats was bij de geallieerden niet bekend hoe sterk Arnhem verdedigd werd. Om die reden werd een zwaar artillerie-bombardement op Arnhem afgevuurd. Dat Arnhem zo zwaar beschadigd uit de oorlog kwam, heeft met dit verwoestende bombardement te maken. Van de 23.505 woningen in Arnhem, bleven slecht 145 ongeschonden.

Verder was de 346ste infanteriedivisie niet de enige Duitse eenheid die Arnhem verdedigde. In de stad bevonden zich ook onderdelen van de SS-divisie Landstorm. Deze divisie bestond uit Nederlandse vrijwilligers. Met het naderende einde van de oorlog voor de deur hadden deze soldaten niets te verliezen. Zij waren het die zich verschanst hadden in de ENKA-fabriek.

Er waren in totaal 200 geallieerde slachtoffers bij de gevechten. Hoeveel slachtoffers er precies zijn gevallen aan Duitse zijde is nooit echt duidelijk geworden. Historici houden het op een aantal tussen de 160 en 400 doden.